1 april 2024 gaat de geschiedenis in als de dag dat cannabis legaal werd in het grootste land van Europa. In elk Europees land zullen politici dezelfde vraag moeten beantwoorden. Waarom legaliseren wij deze plant, die veel minder schadelijk is dan tabak en alcohol, niet ook? In Nederland is die vraag, na 48 jaar gedogen, extra relevant.
Europa is vandaag veranderd. Door de cannabiswet die sinds middernacht in Duitsland geldt, stoten onze Oosterburen door naar de internationale kopgroep van landen met een pragmatisch cannabisbeleid. Bij de Brandenburger Tor in Berlijn vierde een menigte uitgelaten consumenten deze mijlpaal en hun nieuwe vrijheid. Terwijl vuurpijlen de lucht in spoten veroorzaakten de vrolijke Kiffer een serieuze rookwolk boven deze beladen plek.
‘We kunnen onszelf eindelijk laten zien, we hoeven ons niet meer te verstoppen’, zei een lid van het Deutsche Hanfverband tegen persbureau DPA. Tot vandaag werden elk jaar 180.000 Duitsers vanwege kleine hoeveelheden cannabis vervolgd, met als resultaat een strafblad en alle bijbehorende consequenties. Een joint kon je je baan en je carrière kosten. Dat is nu voorbij en dat is een enorme vooruitgang.
Er is veel aan te merken op de Duitse cannabiswet. De pijnpunten komen aan de orde in aflevering 1560 van de NOS podcast De Dag, met correspondent Chiem Balduk en ikzelf, namens de stichting Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod. Het consumptieverbod in de cannabisclubs, de kleine hoeveelheid cannabis die thuistelers mogen bezitten, het voorlopig ontbreken van winkels; er is volop ruimte voor verbetering.
Toch doen die verbeterpunten weinig af aan het belang van deze Duitse stap voor ons continent. Het signaal is luid en duidelijk: verbieden is geen oplossing. Repressie zorgt er niet voor dat mensen minder cannabis gebruiken. Voor minderjarigen is het omgekeerde waar: regulering van cannabis voor volwassenen beperkt de toegang tot cannabis voor minderjarigen en gaat vaak ook samen met minder gebruik.
Repressie zorgt er wel voor dat consumenten zijn aangewezen op onveilige en vervuilde cannabis met onduidelijke herkomst en samenstelling. De Duitse volksgezondheidsminister Lauterbach was vroeger tégen legalisering. Twee feiten deden hem van mening veranderen. Een: het cannabisgebruik door Duitse minderjarigen stijgt ondanks de repressie al jaren. Twee: de politie treft steeds vaker cannabis aan waar synthetische cannabinoïden aan toegevoegd zijn. Deze synthetische toevoegingen maakt deze illegale cannabis zeer slecht voor de gezondheid; overmatig gebruik kan zelfs dodelijk zijn.
Door regulering en legalisering kunnen consumenten beschikken over een schoon en getest product waarvan ze de samenstelling en herkomst kennen. Met een illegale markt is dit onmogelijk. Wie naar deze simpele feiten kijkt, kan maar tot één conclusie komen. Van het cannabisverbod profiteert alleen de illegale markt en wie die markt echt wil aanpakken, moet dat verbod opheffen. Zoals Nobelprijswinnaar en econoom Milton Friedman het al in 1991 samenvatte: “If you look at the drug war from a purely economic point of view, the role of the government is to protect the drug cartel. That’s literally true.”
Er is geen valide reden om het cannabisverbod in stand te houden. Juist in Nederland, waar 48 jaar gedogen tot allerlei excessen heeft geleid, moet het beleid gericht zijn op het zo snel mogelijk legaliseren van cannabis. De oude uitvluchten, dat legalisering niet kan vanwege het buitenland of dat het niet uit zou maken omdat al onze wiet geëxporteerd zou worden, hebben elke geloofwaardigheid verloren.
Het is een schande dat er anno 2024 nog steeds mensen uit huis worden gezet omdat ze een paar wietplanten voor zichzelf kweken. Waarbij ze ook nog belanden op een zwarte lijst van de woningbouwverenigingen. Het is beschamend dat ook de cannabis die in het kader van het wietexperiment wordt geteeld nog steeds in een juridisch grijs gebied zit. Het bezit wordt slechts gedoogd, dus de politie kan ook deze gereguleerde wiet op elk moment van consumenten afpakken.
Er bestaat hier geen recht op bezit, zoals sinds vandaag in Duitsland: 25 gram op straat en 50 gram thuis. In Nederland is dankzij de wet Damocles (artikel 13b Opiumwet) elke hoeveelheid van meer dan vijf gram cannabis genoeg om je huis te worden uitgezet, zonder tussenkomst van de rechter. Deze achterhaalde en disproportionele repressie moet stoppen. Achtenveertig jaar gedogen is veel te lang geweest. Onze overheid moet het cannabisverbod eindelijk opheffen en excuses aanbieden aan iedereen die onder dit verbod heeft geleden.
Derrick Bergman
Voorzitter stichting Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod
Comment (1)
Geert 01/04/2024 at 8:27 pm
cannabis in EU legaliseren