‘Raad van State slecht geadviseerd’

Het Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod heeft een persbericht verspreid in reactie op het ‘coffeeshop-advies’ van Leen Keus, advocaat-generaal van de Raad van State, dat vandaag is verschenen.

VOC_logo
Persbericht VOC 24 december 2013

Raad van State slecht geadviseerd

EINDHOVEN – Het Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod (VOC) heeft met teleurstelling kennis genomen van het advies van de recent benoemde advocaat-generaal mr. Keus, verbonden aan de Raad van State. Dit advies is vandaag uitgebracht in het voortraject van de uiteindelijke beslissing van de Raad over twee omstreden gedoogcriteria voor coffeeshops.

Het advies stelt teleur omdat het voorbij gaat aan de kern van het probleem. De advocaat-generaal stelt dat “ter bestrijding van het drugstoerisme” er geen bezwaren kunnen worden ingebracht tegen het I-criterium (ingezetenen), alsook tegen het B-criterium (besloten club). Over beide criteria is in eerdere rechtszaken contrair aan het beleid van het ministerie van V en J beslist. Het eerste criterium is inmiddels, behalve in de drie zuidelijke provincies, nergens van kracht gebleken, althans niet gehandhaafd. Het tweede criterium is door het kabinet zelf afgeschaft.

Het advies gaat voorbij aan de vraag of er al dan niet aanleiding is -laat staan noodzaak bestaat- om het “drugstoerisme” te bestrijden. Ook de vraag waardoor dit toerisme ontstaat komt niet aan bod. Internationale ontwikkelingen maken dit toerisme overigens op termijn overbodig; een toenemend aantal Europese landen kiest voor regulering van cannabis. Een ander aspect dat ontbreekt is de inzet van minder zwaarwegende maatregelen tegen eventuele overlast rond coffeeshopbezoek. In Maastricht is hiervoor ruim tien jaar aan een spreidingsplan gewerkt (kosten: ruim een miljoen euro).

Opmerkelijk is dat mr. Keus de uitspraak van de Raad van State van 29 juni 2011 (alleen discrimineren als ultieme remedie) nu uitlegt als een andere situatie. De uitspraak van 2011 betreft wijziging van de APV, maar omdat het nu om “nationale regelgeving” gaat, is discrimineren volgens het advies in heel Nederland geoorloofd, ook als er van overlast geen sprake is. Het werkelijke probleem zit niet aan de voordeur van de coffeeshops, maar aan de achterdeur. De paradox is bekend: coffeeshops mogen wel cannabis verkopen maar zijn gedwongen via een als crimineel bestempeld circuit in te kopen.

Terecht stelde NRC/Handelsblad in een hoofdcommentaar (11 april jl.): ‘Als melk kopen en drinken mag, is de boer die de koe melkt toch niet écht meer een crimineel te noemen.’ Deze paradox levert een groter maatschappelijk probleem op dan welk “drugstoerisme” dan ook. Het repressieve kabinets-beleid is in feite criminogeen; het leidt in zichzelf tot criminaliteit. Het kabinet “dweilt met de kraan open”, ten koste van disproportionele aanwending van geld en mankracht van politie en justitie.

De 25 gemeentes die werken aan een betere aanpak van het cannabisdossier, via experimenten met gereguleerde teelt, verdienen eerder bemoediging dan geconfronteerd te worden met -juridisch beperkt onderbouwde- hindernissen. Het advies van mr. Keus gaat uit van de status quo en laat onbelicht dat er nationaal en internationaal grote verschuivingen gaande zijn op het gebied van cannabiswetgeving. Het wereldwijde cannabisverbod is op zijn retour. Teelt en verkoop van cannabis moeten op een verstandige manier worden gereguleerd. Dit advies draagt daar niets aan bij.

    Leave Your Comment

    Your email address will not be published.*