Opstelten op ramkoers over coffeeshops

Ivo Opstelten, minister van Veiligheid en Justitie, kiest een keiharde lijn bij invoering van een pasjessysteem voor coffeeshops en handhaving van het verruimde afstandscriterium. Dat bleek bij de behandeling van de begroting van zijn departement. Opstelten: “Wij maken geen onderscheid tussen Amsterdam en de grensregio’s. Ik vind dat we gewoon langs één lijn moeten gaan werken. Dat is duidelijkheid.”

Ivo Opstelten (VVD), minister van veiligheid en justitie
Ivo Opstelten (VVD), minister van veiligheid en justitie

De behandeling van de begroting van het ministerie van veiligheid en justitie vond op 24 en 25 november plaats. Het was de eerste keer dat de nieuwe Tweede Kamer zich uitsprak over de repressieve kabinetsplannen voor cannabis en coffeeshops. Verschillende nieuwe Kamerleden debuteerden als drugswoordvoerder: Coşkun Çörüz (CDA), Sharon Gesthuizen (SP), Ard van der Steur (VVD), Jeroen Recourt (PvdA) en Magda Berndsen (D66).

Verzet tegen de wietpas kwam vooral van de SP en de PvdA en in mindere mate van GroenLinks en D66. Deze vier partijen, samen goed voor 65 zetels, ondertekenden een motie waarin ze de regering verzoeken ‘gemeenten de vrijheid te laten de softdrugsproblematiek aan te pakken op een effectieve manier en geen generieke voorschriften vast te stellen’.

Minister Opstelten (VVD) is niet van plan gemeenten ruimte te bieden voor lokaal maatwerk in het coffeeshopbeleid. Alle coffeeshopgemeenten moeten een pasjessysteem invoeren en een afstandscriterium van 350 meter handhaven. Hieronder staan alle passages over cannabis en coffeeshops uit het twee dagen durende debat en de tekst van de motie Gesthuizen.

24 november 2010:

Jeroen Recourt, Tweede Kamerlid PvdA (Foto: Flickr)
Jeroen Recourt, Tweede Kamerlid PvdA (Foto: Flickr)

Recourt (PvdA): “Een pasjessysteem voor coffeeshops kan in de grensstreek een goede oplossing zijn, maar is in Amsterdam een slecht idee. Je dwingt toeristen om op straat te handelen, de criminaliteit neemt toe en een niet-bestaand probleem wordt opgelost. Benader de problemen lokaal.”
(…)
Van der Steur (VVD): “Voor de VVD-fractie zijn overigens ook de overige onderwerpen uit het regeerakkoord van groot belang: de invoering van de eerder genoemde minimumstraffen, de aanpak van de mensenhandel, het feit dat je in de gevangenis zult blijven zitten als je in hoger beroep gaat, het strengere coffeeshopbeleid, wat de heer Recourt daar ook over gezegd heeft, en de aanpak van de georganiseerde criminaliteit, waar ik overigens van de zijde van de PvdA-fractie niet zo heel veel over heb gehoord. De VVD-fractie rekent erop dat alle ambities uit het regeerakkoord binnen een jaar worden omgezet in wetsvoorstellen of aanpassingen van de richtlijnen van het Openbaar Ministerie. Kunnen de bewindslieden dat bevestigen? (…)”

Ard van der Steur, Tweede Kamerlid VVD (Foto: VVD)
Ard van der Steur, Tweede Kamerlid VVD (Foto: VVD)

Recourt (PvdA): “Ik heb twee vragen. De eerste gaat over de coffeeshops. Ik heb voorgesteld om te bekijken wat werkt en te differentiëren tussen het grensgebied en Amsterdam bijvoorbeeld. Wat is het standpunt van de VVD op dit punt?”

Van der Steur (VVD): “Het standpunt van de VVD is dat zij zich volledig kan vinden in het beleid zoals het is neergelegd door de regering, waarbij zaken door middel van het pasjessysteem controleerbaar worden gemaakt, toerisme wordt voorkomen, wij door contante betaling precies weten hoe de geldstromen lopen en de branche, als je het zo zou willen noemen, op die manier gereguleerd is.”

Recourt (PvdA): “Ook als dat betekent dat in Amsterdam bijvoorbeeld de misdaad toe zal nemen en de handel zich weer naar de straat zal verplaatsen?”

Van der Steur (VVD): “Dat is toch een buitengewoon merkwaardig standpunt. Dat zou beteken dat je elke vorm van aanpak waarbij het risico bestaat dat criminelen op de vlucht slaan en elders hun activiteiten voortzetten, dan maar niet moet doen. Dat zou ook betekenen dat als een motoragent achter een scooter aanrijdt die op dat moment te hard door de dorpskernen of wijken rijdt om aan de politie te ontkomen, waardoor gevaar ontstaat, je zegt dat we dat niet moeten doen. Dat is nou precies waar de VVD al jarenlang zo veel bezwaar tegen heeft gemaakt, zeker tegen het afgelopen kabinet. Je moet kiezen voor een keiharde aanpak, zodat iedereen weet waar hij aan toe is. Je moet niet met verhalen komen dat als je hier drukt, het misschien daar opkomt. We drukken daar dan dus ook. Dat is ook de intentie van deze bewindslieden: een eind maken aan de criminaliteit.”
(…)

Magda Berndsen, Tweede Kamerlid D66 (Foto: D66)
Magda Berndsen, Tweede Kamerlid D66 (Foto: D66)

Berndsen (D66): “Ik heb een vraag over het pasjesbeleid. Is de heer Van der Steur het met mij eens dat de overlast in Amsterdam van een andere orde is dan die in de grensregio’s? Zo ja, zou het dan niet beter zijn om maatwerk te leveren, zodat je niet het kind met het badwater weggooit?”

Van der Steur (VVD): “Ik begrijp waar mevrouw Berndsen op doelt. Ik denk dat het antwoord dat Zijne Excellentie de minister van Veiligheid en Justitie daarop al gegeven heeft het juiste is. Er is geen enkele reden om voor Amsterdam een uitzondering te maken. Als Amsterdam rondleiders voor toeristen nodig heeft, is de heer Opstelten bereid om die rol te vervullen; zo heb ik hem althans begrepen.”
(…)

Sharon Gesthuizen, Tweede Kamerlid SP (Foto: Wikimedia)
Sharon Gesthuizen, Tweede Kamerlid SP (Foto: Wikimedia)

Gesthuizen (SP): “Tot slot maak ik me grote zorgen over het drugsbeleid van dit kabinet. Het pasjessysteem voor coffeeshops is misschien een goede oplossing voor de grensstreek, maar niet voor Amsterdam. Ik vraag de bewindslieden om daarvan af te zien. Laat het aan de gemeenten over.”
(…)
Brinkman (PVV): “Wat dat betreft, doen die gemeenten wel vaker vreemde dingen. Wetten die in Den Haag worden afgesproken, worden door gemeenten gewoon opzij gezet. Ik denk aan de antikraakwet, het uitzetten van uitgeprocedeerde asielzoekers, of afstanden tussen scholen en coffeeshops. Sommige gemeenten hebben gewoon overal maling aan. Ik vind dat een onacceptabele tendens.”
(…)
Dibi (GroenLinks): “De politie krijgt van dit kabinet extra taken. Het gaat dan om de strafbaarstelling van illegaliteit, het controleren van coffeeshops, speekseltests enzovoort. Agenten krijgen het dus alleen maar zwaarder. Er gaan er echter 500 af, want dat worden animal cops. De vraag is dus echt hoe de politie dit in hemelsnaam moet gaan bolwerken zonder investeringen door dit kabinet.”

Hero Brinkman, Tweede Kamerlid PVV (Foto: Wikimedia)
Hero Brinkman, Tweede Kamerlid PVV (Foto: Wikimedia)

(…)
Brinkman (PVV): “Het blijft een feit dat heel veel onderzoeken hebben aangetoond dat mensen die hun hond slaan of een ander dier kwellen, zich vaak ook schuldig maken aan andere criminaliteit, bijvoorbeeld huiselijk geweld maar ook allerlei ander wapengeweld, wietplantages en dat soort zaken.”
(…)
Van der Staaij (SGP): “Een andere zaak waar wij voor pleiten is het aanpakken van elke vorm van reclame voor en verkoop van drugs via internet. Wij hebben daar eerder aandacht voor gevraagd. Er is wat ons betreft echt een aanscherping nodig. Er zijn nog steeds sites met bestelmogelijkheden. Er wordt dan gezegd: het voordeel als je via een site bestelt, is dat je dan niet stoned van de koffieshop naar huis hoeft. Ik vind dat een bizarre argumentatie. Hoe denkt de minister bijvoorbeeld over een site waarop men aangeeft dat het daar nooit mogelijk is geweest drugs of softdrugs te bestellen of kopen, maar waarop wel men wel de mogelijkheid biedt om met een klik op een knop te worden doorgelinkt en de bestelling wel te doen, terwijl er ondertussen het nodige in de etalage staat? Zulke grappen kunnen toch niet? Die ondergraven toch het hele beleid? Graag zien we dus een krachtig optreden tegen reclame en verkoop van drugs via internet.”

André Rouvoet, Tweede Kamerlid ChristenUnie (Foto: Wikimedia)
André Rouvoet, Tweede Kamerlid ChristenUnie (Foto: Wikimedia)

(…)
Rouvoet (ChristenUnie): “Het is goed dat er een steviger drugsbeleid gevoerd zal worden. Wij komen daarop in een apart debat terug. Het afstandscriterium wordt verhoogd naar 350 meter. Dat is positief, maar het huidige afstandscriterium wordt in een aantal gemeenten nog niet gehandhaafd. Wat gaat de minister daaraan doen?”

25 november 2010:

Opstelten: “De heer Rouvoet heeft een vraag gesteld over de handhaving van het afstandscriterium voor coffeeshops in de buurt van scholen en mevrouw Gesthuizen vroeg mij om af te zien van het pasjessysteem voor de coffeeshops. Meneer de voorzitter, het regeerakkoord is hierover helder: in Nederland wordt een afstandscriterium tot scholen ingevoerd van 350 meter en zal er een pasjessysteem worden ingevoerd. Dat zal gelden voor alle coffeeshopgemeenten en ik voer daar natuurlijk overleg over met de betrokken gemeenten. Een mogelijkheid tot handhaving is het opnemen van het afstandscriterium in de zogenaamde AHOJG-criteria, op grond waarvan het bestuur kan handhaven en het Openbaar Ministerie kan besluiten om dit al of niet te vervolgen. Maar de gemeentebesturen moeten natuurlijk in de eerste plaats dit doen.”
(…)

Speekseltest Rapdistat I
Speekseltest Rapdistat I

Çörüz (CDA): “Ik heb een vraag over het voorgaande, over drugs, een groot maatschappelijk probleem. Wat vindt de minister van de houding van de gemeente Amsterdam? Zij is een beetje aan het freewheelen ten aanzien van het pasjessysteem. We zetten de speekseltest nu in het verkeer in. Omdat drugs veel aanrichten bij jongeren zou mijn fractie het helemaal geen gek idee vinden om de speekseltest bij scholen en disco’s aan te bieden. Daar is veel ellende met gezondheidsproblemen en veiligheidsproblemen. Jongeren draaien zich in de vernieling. Wat vindt de minister van het aanbieden van speekseltesten op scholen?”

Opstelten: “Ten aanzien van de speekseltest maak ik een voorbehoud. Ik kan hier niet zomaar even zeggen dat we de speekseltest op scholen en bij disco’s inzetten. Ik wil een goede afweging maken. Is het haalbaar? Wordt het op prijs gesteld? Wat is de prioriteit ervan? Ik moet hierover zeker ook overleg plegen met mijn collega van Onderwijs. Ik wijs de wens van de heer Çörüz niet af, maar ga nu niet volmondig toezeggen dat we het gaan doen.”

Çörüz (CDA): “En mijn eerste vraag over de positie van Amsterdam?”

Opstelten: “Het is terecht dat u dat nog een keer vraagt. Ik heb het in mijn antwoord al gezegd. Ik hanteer voor alle gemeenten dezelfde format. Dat weet Amsterdam. Er is inmiddels contact tussen de burgemeester van Amsterdam en mij.”
(…)

Cartoon © Fresh & DC Lama
Cartoon © Fresh & DC Lama

Rouvoet (ChristenUnie): “Voorzitter. Gelet op mijn spreektijd zal ik de overige punten achterwege laten. Ik vraag de staatssecretaris alleen nog om in te gaan op de resterende vragen over de handhaving van het huidige afstandscriterium in het coffeeshopbeleid. Die zijn nog niet beantwoord.”
(…)
Opstelten: “Dan kom ik op de motie-Gesthuizen c.s. op stuk nr. 25. Deze verzoekt de regering de gemeenten de vrijheid te laten de softdrugsproblematiek aan te pakken op een effectieve manier en geen generieke voorschriften vast te stellen. Ik wil er ook duidelijk over zijn voor de Kamerleden die deze motie hebben ondersteund. Het kabinet is er duidelijk over, het regeerakkoord is er duidelijk over, ik ben er duidelijk over: we gaan die koffieshops terugbrengen naar waar zij oorspronkelijk voor bedoeld waren in het AHOJG-beleid en dat is voor het gebruik in de omgeving. Dat doen we plus een criterium van 350 meter. We moeten daar natuurlijk nog uitwerking aan geven. Binnenkort is er een algemeen overleg met de Kamer over het drugsbeleid, samen met mijn collega van VWS. Ik denk dat het dan ook mogelijk is om er verder over te spreken, dus ik moet deze motie ontraden.
Ik hoop dat ik daarmee ook de vraag van de heer Rouvoet heb beantwoord die mij nu te binnen schiet. Hij had een vraag gesteld, die ik niet goed begreep, over de criteria van de vorige regering. Het was 250 meter en we hebben er nu 350 meter van gemaakt. Dat is de verhouding in dat beleid. Ik moet het inderdaad nog in de specifieke vorm uitwerken. We plegen natuurlijk overleg met verschillende gemeenten, burgemeesters en andere deskundigen. Ik zal de Kamer daar zo snel mogelijk over informeren.”

Rick's Coffeeshop, Amsterdam (Foto © Gonzo Media)
Rick's Coffeeshop, Amsterdam (Foto © Gonzo Media)

Rouvoet (ChristenUnie): “Dit is nu een van de onderdelen van het regeerakkoord waarvan ik al bij de regeringsverklaring heb gezegd dat ik van harte steun geef. Het gaat om de aanscherping van het drugsbeleid op een aantal punten. Dat is prima. De aanscherping van het afstandscriterium in relatie tot scholen naar 350 meter is ook prima. Mijn vraag was de volgende. Er zijn nog steeds gemeenten — wij noemen geen namen — die zelfs het huidige afstandscriterium van 250 meter niet handhaven. Wat is de minister voornemens te doen in de richting van die gemeenten?”

Opstelten: “Ik dank de heer Rouvoet voor zijn vraag. Ik heb dat overzicht van die gemeenten op dit moment nog niet. Dat zal wel beschikbaar zijn. Ik ga het koppelen, om die gemeenten meteen in één klap te overtuigen van het nieuwe beleid. Het huidige beleid is strakker dan het beleid van de vorige regering. Dan kan men nu in één keer goed werken. Ik zal natuurlijk ook niet schromen om gebruik te maken van mijn bevoegdheid als minister van Veiligheid en Justitie om daarover duidelijke afspraken te maken. Maar ik laat het in de eerste plaats over aan de gemeentebesturen en de burgemeesters.”

Rouvoet (ChristenUnie): “Ik begrijp hieruit dat de minister zich niet zal neerleggen bij een gemeente, ook niet als die gemeente Amsterdam heet, die aangeeft dat zij haar overwegingen heeft om die 250 meter niet te handhaven.”

Opstelten: “Nee. Ik heb naar aanleiding van vragen uit Amsterdam aangegeven dat wij geen onderscheid maken ten aanzien van gemeente X of gemeente Y. Wij maken geen onderscheid tussen Amsterdam en de grensregio’s. Ik vind dat we gewoon langs één lijn moeten gaan werken. Dat is duidelijkheid. Dat is mijn inzet. Daar kunt u mij aan houden.”

Motie Gesthuizen c.s.:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het kabinet voornemens is van alle coffeeshops besloten clubs te maken die alleen voor meerderjarige inwoners van Nederland toegankelijk zijn op vertoon van een clubpas;

van mening dat dit geen goede oplossing is voor bijvoorbeeld Amsterdam omdat de softdrugsgerelateerde overlast per regio verschilt en dan ook vooral lokaal moet worden aangepakt;

verzoekt de regering, de gemeenten de vrijheid te laten de softdrugsproblematiek aan te pakken op een effectieve manier en geen generieke voorschriften vast te stellen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Gesthuizen, Kooiman, Recourt, Dibi en Berndsen.

Zij krijgt nr. 25 (32500-VI).

Klik hier voor het volledige verslag van het debat van 24 november 2010

Klik hier voor het volledige verslag van het debat 25 november 2010

    Leave Your Comment

    Your email address will not be published.*